top of page

stap 3 doelen stellen

doelen stellen.jpg

In oplossingsgericht coachen beschouwen we degene die hulp vraagt in principe in staat zichzelf te helpen. Als begeleider stel je eigenlijk vooral de vragen waarmee je de competenties van de ander aanboort. Om de ander regie te laten nemen en daarmee diens zelfredzaamheid te vergroten, is het belangrijk dat je de concrete hulpvraag door de ander laat verwoorden. Jij helpt hooguit de vraag concreet en haalbaar te formuleren.

 

Een goede manier om de ander uit te nodigen regie te nemen over diens leerproces is om iedere keer dat je afspreekt te vragen: Wat wil je uit ons gesprek halen vandaag? 


 

 

Bij de module 'context' hebben we al genoemd wat het verschil is tussen een probleem en een beperking. Waar je een probleem kunt oplossen, zul je met een beperking moeten leren omgaan. In het verlengde daarvan is het belangrijk dat je onderscheid kan maken in haalbare en onhaalbare doelen. Een goede manier om concrete doelen te stellen is om SMART-criteria te gebruiken. 

Smart staat voor

S=specifiek

M=meetbaar

A=acceptabel

R=realistisch

T=tijdbegonden

Een doel moet concreet zijn, je moet weten wanneer je het behaald hebt, het moet ethisch verantwoord zijn, haalbaar en binnen een bepaalde tijd gerealiseerd kunnen worden.

Haalbare doelen stellen
Goal_blue.jpg

onhaalbare doelen

 

  • Altijd gelukkig zijn

  • Net zo succesvol zijn als anderen

  • Nooit meer problemen hebben

  • Een buddy zijn die ieder maatje laat slagen

 

haalbare doelen

  • leren plannen

  • leren omgaan met tegenslag

  • leren concentreren

  • leren anderen op weg te helpen
     

SMART-doelen

 

Vergelijk de volgende voorbeelden van doelen:

Globaal doel

1. Ik ga mijn mond beter verzorgen.

2. Ik ga meer bewegen.

3. Ik wil minder alcohol drinken.

Specifiek doel

1. Ik ga elke dag vijf minuten poetsen na het avondeten.

2. Ik ga iedere werkdag een half uur wandelen rond lunchtijd.

3. Ik drink voortaan alleen nog een glas wijn op zaterdag en zondag. 

Werkblad Smart-doelen
Haalbaar is leerbaar

 

Het maakt dus uit hoe je je leerdoel verwoordt. Uit onderzoek van psycholoog Arjan van Dam weten we dat het helpt als je het leerdoel niet alleen SMART verwoordt maar ook het woord 'leren' erin verwerkt. Daarmee laat je zien dat ander gedrag niet meteen verwezenlijkt kan worden omdat je er oefening voor nodig hebt. Gedragsverandering gaat altijd met vallen en opstaan gepaard. Door er een 'leerdoel' van te maken, accepteer je terugval en kun je daar relaxter mee omgaan dan wanneer je te onrealistisch bent in je verwachtingen. 

Opdracht

Bedenk voor jezelf een SMART-leerdoel als buddy.

writing-black-and-white-white-running-sm
Haalbaar in stapjes: de schaalvraag

Een leerdoel bereik je zelden in één keer. Vaak zijn er kleine stapjes voor nodig om verandering te bewerkstelligen. Een hulpmiddel is de zogenaamde schaalvraag van 1-10. Je vraagt waar de ander zich nu bevindt op een schaal van 1-10. Stel dat iemand zichzelf een 4 zou geven voor concentratie, vervolgens vraag je wat de ander doet dat het geen 0 is (dat sluit ook weer aan bij 'wat gaat goed?'). De volgende vraag kan dan zijn wat de ambitie is voor de volgende keer en wat er nodig is om van een 4 een 5 te maken.

schaalvraag.jpg
road-sidewalk-wall-asphalt-lane-memorial
Schaalvragen werkblad 
Beloon nieuw gedrag

Tot slot: gedragsverandering heeft niet alleen tijd nodig maar er moet ook een gevoel van 'beloning' aan vast zitten. Anders is het niet vol te houden. Uit gedragsonderzoek van Rietdijk, Skinner en Daniels, weten we dat alles wat aan gedrag vooraf gaat, slechts voor twintig procent van invloed is. Dus voornemens en afspraken hebben niet zo'n grote invloed. Wat wel een grote invloed heeft, tachtig procent, zijn de consequenties van ons gedrag. Zijn die positief, dan zijn we geneigd meer van dat gedrag te laten zien. 

abc-model.jpg

 

De moeilijkheid is natuurlijk dat nieuw gedrag niet altijd makkelijk is en dat de beloning ook niet onmiddellijk volgt. Denk aan lijnen. Als je dat een week volhoudt dan heb je zeven dagen gestreden tegen de lekkere trek maar er is toch niet ineens vijf kilo vanaf. Of de sportschool. Voordat je naar de sportschool moet, moet je je tas inpakken, ernaartoe gaan, omkleden, sporten en dan weer naar huis. Dat zijn heel veel handelingen die niet voor iedereen aantrekkelijk zijn, als je het vergelijkt met bankhangen en Netflixen.

 

Daarom is het belangrijk dat je je realiseert dat nieuw gedrag moeite kost en dat je dat nieuwe gedrag een beetje comfortabel maakt. Je kunt ook sporten via Zoom bijvoorbeeld. Je kunt ook lijnen door porties te verkleinen. Het comfortabel maken van nieuw gedrag is al een beloning maar je kunt er nog explicieter een beloning aan koppelen door bijvoorbeeld jezelf te trakteren op een bioscoopje of een mooie roman uit de bieb bijvoorbeeld als je een tussendoel hebt behaald. 

Het is dus belangrijk dat je stilstaat bij hoe je het nieuwe gedrag comfortabel maakt en beloont. Als begeleider is het in ieder geval belangrijk dat je iemand wijst op het belang van comfort en belonen. Complimenteer ook altijd met het resultaat, al is het maar de poging die ondernomen is. 

Voorbeelden van nieuw gedrag comfortabeler maken en belonen:

  • Studeren in opgeruimde kamer met muziekje op, een echte cappuccino halen na twee uur.

  • Iemand vragen om hulp bij Aerodynamica, trakteren op biertje.

  • Gezond koken voor jou en je huisgenoot, daarna samen gamen.

abc-model.jpg
Houd rekening met terugval

Verder is het belangrijk dat je rekening houdt met terugval. Het hoort bij de R van een SMART-doel. Iedere gedragsverandering kost tijd en gaat met vallen en opstaan gepaard. Of dat nu lijnen is, sporten, studeren, leren netwerken, het gaat nooit vanzelf. Wees dus bij voorbaat realistisch over het resultaat en zit niet in zak en as en word ook vooral niet boos als het niet meteen lukt.

 

Een manier om ermee om te gaan is alvast na te denken over terugval en hoe je ermee omgaat als het gebeurt. Het hoeft niet meteen in een eerste gesprek aan de orde te komen, je kunt er ook mee wachten tot het een keer aan de orde is. Hieronder zie je een schema waarmee je doelen kunt formuleren en waarin terugval en beloning zijn meegenomen.

oefenen met terugval.jpg

© Josje Kuenen, 2014-2020

 

bottom of page